Dorpskerk Barendrecht
Voorganger: ds. Ph. van Wijk
Lieve gemeente,
Vandaag een heel, heel ander kerstverhaal.
Vergeet Jozef en Maria en de stal en de herders en de wijzen maar even.
Dat zeg ik niet. Dat zegt dit Johannes. Zijn verhaal lijkt veel, veel moeilijker.
Maar we gaan proberen om het duidelijk te maken.
Stel u nu eens voor dat u heel, heel machtig zou zijn. En u krijgt een opdracht. U mag de mooiste en de fijnste wereld maken die U zich bedenken kunt. Hoe zou jouw wereld er uit zien?
Gebruik eens even al uw diepste gedachten, denk zo diep mogelijk na. En wat u dan denkt gebeurt ook. Uw fijnste wereld.
Ja, denk maar eens even heel diep na.
Mijn kinderen vonden vroeger het verhaal van Luilekkerland zo’n prachtig verhaal. Je moet je wel eerst door de rijstebrijberg heen eten, maar dan mag je helemaal lui zijn. Je hoeft niets meer te doen. Heerlijk snoep eten om je heen. De lekkere gebraden kippetjes komen je zomaar in de mond gevlogen. Uit de kraan komt limonade. Overal word je op je wenken bediend. Ik moest dat verhaal vaak vertellen. Daar zouden ze willen wonen.
Nou ja, anderen hebben wel een heel andere voorstelling. Maar eigenlijk zijn we allemaal wel op zoek naar zo’n gelukkige wereld waar we in de watten gelegd worden. Een Vader in de hemel die ons dagelijks verwent, en ons een Zwitserleven gunt.
Lijkt het al op Kerst, mijn preek? Nee, nog lang niet. Waar slaat dit op?
Nee, ik ben er nog niet. Geduld.
Eerst nu naar God.
Nu diezelfde vraag aan God.
Want Die heeft de wereld gemaakt. Weet je hoe? Door aan de allerbeste wereld te denken.
Ik zeg het niet helemaal goed. Het was niet alleen denken. Maar ik weet niet hoe ik het anders moet zeggen.
En weet je hoe God dacht?: De wereld die Ik wil maken is de wereld van de liefde. Want zo ben Ik. Alles moet liefde zijn.
Dat was het denken van God. En toen Hij zo aan het denken was kwam die wereld er.
In het begin.
En wat kwam er eerst uit het denken van God? LICHT. Waarom licht?
Licht is leven. En leven is licht. Want als het helemaal donker is, dan kun je niet leven. Duisternis is ook angstig. Dat heeft dus met Gods liefde te maken, dat Hij eerst aan het licht dacht. Zodat mensen blij kunnen leven.
En heb je het in de gaten? Het begint al een beetje op Kerst te lijken. Maar we zijn er nog niet.
We zitten nog bij dat eerste verhaal uit de Bijbel. Dat kennen we allemaal wel.
Alle dingen kwamen er. Omdat God het dacht en zei. De hele aardbol. En de dampkring. En het gras, de bomen. De dieren.
En toen. Ja toen kwam het mooiste. De mensen.
God was met zijn liefde aan het denken. En daarom moesten er mensen komen. Die lijken op Mij, dacht God. Die kunnen net als Ik echt weten en doen wat liefde is. Heerlijke liefde.
Prachtig.
Als een kunstenaar, zo deed God het. Iemand die een muziekstuk schrijft. Hij hoort en voelt dat hele muziekstuk. Hij is zelf die muziek, zou je kunnen zeggen. En dan schrijft hij het op papier. Of hij speelt of zingt het. Wat binnen in zijn hoofd en hart is, is naar buiten gekomen.
Zo zijn de mensen door God gemaakt. Wij komen zo uit het diepe hart en het diepe denken van God vandaan. En helemaal gebouwd van liefde.
En zo is ook de hele wereld gemaakt. Dat de liefde er kan wonen. Dat alles liefde is.
En dan komen we nu bij Kerst.
Dat Kind dat geboren wordt, en een man wordt. Jezus.
Die God, Die helemaal van liefde is, heeft nog één stap meer gemaakt. Een geweldige stap.
Toen is God zelf ook mens geworden.
Dat is Kerst.
God wordt mens. Dat denken, die liefde van God wordt mens. Kan dat? Dat die grote God zelf een mens wordt?
Stel je voor dat je volgende week maandag op je werk komt en er is een collega die zegt: ik ben God. Wat zou je van hem of haar denken? God kan geen mens zijn, toch?
En toch is het gebeurd.
Op een dag, of zeg maar in een nacht geboren in de wereld. Bekendste Bijbelverhaal.
Minstens zo mooi als dat verhaal over Maria en de voerbak en het Kindje Jezus, is het nadenken over wat God daar allemaal doet. En zien wat voor prachtige mens dit is. Een gewoon mens. Maar toch God.
Helemaal door en door liefde. Zo intens mooi.
Wat Jezus was en wat Jezus deed, was zo groot en zo mooi. Dat is het licht. Dat is waar elk mens eigenlijk blij en licht van wordt. Liefde. Helemaal goed.
Als je heel goed kijkt naar die prachtige mens Jezus, dan zeg je: ja, God woont zelf bij de mensen. Hij is mens geworden. Bij de mensen die van Hem waren. Die Hij zelf had gemaakt.
O, wat zullen ze blij zijn geweest. Wat een geluk!
Nee, helemaal niet.
Ze waren helemaal niet blij.
Er is een kerstliedje dat helemaal niet waar is.
Nu zijt wellekome, Jesu lieve Heer.
Hij was helemaal niet welkom.
U weet toch wat ze met Hem gedaan hebben?
Ze hebben Hem er uit gegooid. Weg met Hem. Ze zaten echt niet op Hem te wachten. Althans, heel veel mensen niet.
Waarom niet?
Ja, dan kom ik weer bij waar ik mee begon.
Weet U nog wat U bedacht had? Hoe ziet uw wereld, die u denkt er uit? Uw droomwereld?
Zou Jezus daar een plek in hebben?
Jawel, zeg je. Jezus kan daar prima een plek in hebben. Hij kan er toch dagelijks voor zorgen dat die droomwereld ook echt kan bestaan. Hij zorgt voor alles. Als er iets te kort is. Als er iets niet goed gaat. Fijn als Jezus er is.
Ho even!
Dat is niet de wereld die Jezus heeft gemaakt. Zo wil Jezus helemaal niet in uw wereld zijn.
Want in die droomwereld van ons hebben wij misschien al een heleboel mensen weggelaten, die wij daar liever niet hebben. En de echte Jezus: die wil je er misschien ook wel helemaal niet hebben.
Jezus past vaak helemaal niet in onze wereld.
Wij hebben toch het liefst een wereld met onze eigen soort geluk?
En dat betekent heel vaak dat we anderen niet helemaal gebruiken kunnen.
Of het betekent dat we juist willen zijn wat een ander is. Of wat een ander heeft.
Stel je voor dat we in Luilekkerland woonden. Dan had onze buurman misschien wel nog meer relaxte luiheid, en nog lekkerdere dingen dan ik. En als ik hem dan zie luieren en heerlijk eten dan wil ik toch nog hem zijn. En daarom moeten we een goeie erfafscheiding hebben. Ik moet hem maar niet te veel zien. We doen vriendelijk, maar eigenlijk zijn we niet zulke vrienden.
Zo gaat dat. Ook in onze gewone wereld, nietwaar?
Johannes zegt het gewoon rechtuit: Jezus kwam in zijn eigen wereld. Hij had heel die wereld uit zijn liefde laten ontstaan. De mensen van liefde gemaakt.
Maar toen Hij zelf in de wereld kwam en mens werd met heel veel liefde, nee, toen hebben ze Hem er uit gegooid. Vermoord.
En wij gooien Hem er net zo goed vaak uit.
Als wij iemand uitsluiten. Bewust of onbewust iemand belasteren. Iemand haten. Met de massa mee veroordelen. Wraakgevoelens koesteren. In elk mens die we afschrijven, verwerpen we Jezus.
Maar durf te kijken: God in de wereld. Jezus doet wat God doet. De wereld van liefde is de echte wereld. Je ziet het, en je wordt zelf ook anders.
Dan zie je wel hoe vaak je alleen maar voor jezelf bezig bent. En hoe vaak je bezig bent om anderen na te doen. Denken dat zij gelukkiger zijn. Maar dan dat mooie van de geboorte van Jezus. Wat op aarde onmogelijk lijkt, is uit de hemel zelf al neergedaald. Dat aan te nemen. Daar word je zelf ook kind van God van. Prachtig, prachtig. Jezus. Het Rijk van God. Liefde.
Wie zou God wel eens willen zien?
Kijk eens heel, heel goed naar Jezus. En je ziet God.
Amen.