Dorpskerk Barendrecht, zondag 22 februari, Quinquagesima. 

Marcus 2,1-12

Ds. Ph. van Wijk

 

 

Zusters en broeders,

 

Er is een groot verschil tussen onze opvattingen over ziekte en gezondheid, en die van de mensen in ons verhaal.

Wij betrekken onze gezondheid bij de farmaceutische industrie. Dat is een Grieks woord. Pharmakos, was een geneesmiddel en een vergif tegelijk.

Als er moeilijkheden waren in een Griekse stadsgemeenschap, bijvoorbeeld een uitbrekende ziekte of een ramp, maar ook onrust of geweld, dan werd er iemand ritueel uit de stad verdreven of zelfs gedood. Dat was de pharmakos. Die werd verantwoordelijk gehouden voor de moeilijkheden. Een kleine daad van geweld in zijn uitdrijving. Dat was gevaarlijk. Maar deze kleine daad van geweld voorkwam verder geweld en moeilijkheden. En de menigte was dan genezen. De rust keerde weer. Pharmakos, medicijn.

 

Waarom begin ik daarmee? Wel, je ziet in dit verhaal van vanmorgen ook opnieuw een aantal trekken van deze oude manier van denken, die Jezus doorbreken wil.

 

Allereerst is er de menigte. Die staat in de weg. Dat is meer dan dat het nu eenmaal druk was. In het evangelie is de menigte het krachtenveld waar ons menselijk bestaan duidelijk wordt. Waar onze oerkrachten zich afspelen. De publieke opinie. Waar we elkaar onbewust napraten. En van ons afwijzen. Voor de publieke opinie van toen was een ziekte vaak een teken van de toorn van God. Iemand die het waarschijnlijk wel verdiend heeft ziek te zijn.

In de menigte word je meegezogen om te denken dat die ander iets slechts of verkeerds heeft. De publieke opinie is ook vandaag nog de hete oven waarin heel wat mensen hun goede naam en eer zien verbranden. We geloven zo graag wat er allemaal fout is met die of die. We hechten zo makkelijk waarde aan een gerucht, en we geven het zo makkelijk door.

En in die zin is de menigte een vreselijk obstakel. Die verlamde man weet hoe er over hem gedacht wordt. En daar raak je echt verlamd van. Figuurlijk, maar ook letterlijk. Je gelooft het dat God toch wel iets met je te vereffenen heeft, en dat daarom dit je treft. Je voelt de druk van mensen op je. En menigeen van ons weet ook wel, dat je lijf soms volkomen vast raakt doordat iedereen op je nek zit. Verlamd door wat anderen over je denken. De fysiotherapeut moet soms heel wat spanning door anderen veroorzaakt wegmasseren.

De menigte houdt deze verlamde buiten de deur. Hij is als het ware hun eigen geneesmiddel, hun pharmakos. Ze poetsen hun eigen bestaan op door over die ander een makkelijk oordeel te hebben.

 

En dan zijn er die vier vrienden. Ze laten zich niet door de menigte blokkeren. Ze durven die bij man bij Jezus brengen met passering  van de menigte. Zien dat hun vriend bij Jezus in andere handen is dan bij de menigte. Een nieuwe, bevrijdende en genezende omgang met mensen. Dat is groot. Als je innerlijk los durft komen van het oordeel van de massa. Als je alleen durft te staan, vanuit de diepe overtuiging dat barmhartigheid en waarheid belangrijker zijn dan de publieke opinie. Dat bij Jezus de dingen anders liggen. Wie durft het vandaag?, zou ik willen vragen. Om verder te kijken dan de makkelijke oordelen van de massa. Dan het praatje onder het kerkvolk;  het gerucht op het koor; de sfeer in Nova of op het journaal. En zo de wet van liefde te leven. In Gods spoor te gaan. En niet in het geweld van de menigte opgeslokt te worden.

Dat is nu geloof, zegt Jezus. Dat ze dus doorzien hebben dat Jezus niet tot die menigte hoort. Dat Hij anders tegen deze verlamde zal aankijken. En dat je daarom het grote obstakel van een menigte die gevaarlijk kan zijn, moet overwinnen.

 

En daarom ook die bevrijdende woorden van Jezus. Bij eerste lezing snap je het eigenlijk niet eens. Die man komt om genezen te worden van zijn verlamdheid, maar Jezus zegt: “Zoon, je zonden worden je  vergeven”. Jezus weet hoezeer je vast kunt zitten in de opinie van mensen. En dat het gevoel dat ze je geven kan samenspelen met je eigen besef op zoveel manieren te hebben gefaald. Jezelf niet kunnen vergeven. En dat versterkt door de diepe vraag of God je niet op één of andere manier de voet dwars zet. Verdiend.

 

Heel die cirkel van denken doorkruist Jezus.

Geen ‘eigen schuld, dikke bult’. Hij doorziet dat we vaak op verkeerde manier in schuldgevoelens vastzitten. Er is alleen een onvoorwaardelijke ruimte van liefde. Dat is God. En geen God die denkt zoals wij. Al onze schuldgevoelens houden ons ten onrechte ten onder. De valse god is de god van de schriftgeleerden. De god die alleen kan vergeven als er gestraft is.

Zij vinden het godslastering als Jezus de vergeving toezegt aan de verlamde.

Zij denken eigenlijk in de zin van de oude Grieken met de pharmakos. Er moet eerst genoegdoening komen. Er moet eerst iets goed gemaakt worden. Desnoods bloed vloeien. Eerst een beetje geweld. Alleen dan is het kwaad geweken.

En die God is niet ver weg, gemeente. Die zit ons nog vaak op onze nek, hoe ver we misschien al afstand hebben genomen van alle oude godsbeelden. Van binnen blijven vragen wroeten. Is er geen bevrijding. Werkt het verlammend op je geest. Blijft er toch een soort vreugdeloosheid op de achtergrond spelen. Wie ben ik nu eigenlijk? Ben ik eigenlijk wel echt op de goede weg? Zijn er niet talloze dingen in mijn leven die niet zuiver of recht zijn. En tekortkomingen? En bij alle afscheid van oude godsbeelden kunnen we onszelf toch niet vergeven. Hooguit wat wegstoppen. Wegredeneren. Maar echte bevrijding, nee dat niet.

 

En dat is het prachtige en grote van Jezus. Hij geeft je de ruimte van de onvoorwaardelijke vergeving. Hij doorbreekt heel die cirkel die mensen elkaar en zichzelf opleggen.

Door duidelijk te maken dat God zo anders is.

Al onze beelden hebben altijd iets te maken met vergelding. Zoals de massa denkt. Als er maar weer eens zwaarder gestraft zou worden. Dan zouden  de rust en de veiligheid terugkeren in de samenleving. Maar zo  is God niet. En dat is zo ontzettend mooi zichtbaar in Jezus. Hij is in die zin dan ook God in eigen persoon. God woont ten volle in Hem. Hij kan zo anders denken. Vanuit echte vrijheid.

 

En zo doorbreekt Hij die cirkel waarin die man gevangen zit. Schuldgevoelens door de massa op hem gelegd. Door zijn eigen manier van denken versterkt. Ik ben schuldig. Ik ben niks. Daarom ben ik verlamd.

Eigenlijk laat Jezus het tegenovergestelde zien: je bent verlamd omdat je je schuldig voelt. Maar laat heel dat denken varen. Stap in de ruimte van de vergeving. Durf jezelf te vergeven, want je bent vergeven. Vanwege een onvoorwaardelijk vergevende God die niet straft. En stap daarom ook van je bed af. En zo gebeurt het.

 

En zo ook laat Jezus ten volle zien wie God werkelijk is. God van vrijheid en ruimte. Jezus mag zich zonder enige aanmatiging de vergevende God tonen. De Zoon des mensen heeft op aarde volmacht om de zonden te vergeven! Zoals Hij dat overigens ook aan ons heeft gegeven. Ook wij mogen, zegt Johannes 20, elkaars zonden vergeven. Vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren.

 

Zo’n verhaal, gemeente, bevat heel wat elementen waarin we onszelf kunnen spiegelen, oefenen, bevrijdend herkennen.

Hoeveel verlangen naar straf, die we op anderen willen zien neerkomen, zit er nog in ons? Straffen die criminelen! Hoeveel straf wroet er eigenlijk ook nog in onze eigen oordeelsvorming over onszelf? Hoeveel van de onvoorwaardelijke liefde krijgt de kans tot ons door te dringen?

Durven we onszelf in het bevrijdend perspectief van vergeving te zien? Durven we zo onze verlamming los te laten en ons bed op te rollen?

Hoeveel vergeving zit er in onze verhouding met de anderen? Is de cirkel van de vergelding al doorbroken door die van de vergeving? De genadige God staat niets in de weg om ons leven genadig te doen zijn.

 

Deze bevrijdende openbaring van God in de Mensenzoon Jezus, kan werkelijk bevrijdend zijn. Maar het kan ook confronterend zijn. Als je er niet voor opent. Zoals de Farizeeën. Ze werden zo boos, dat nu het conflict met Jezus een definitieve fase is ingegaan. Ze verlieten de synagoge en gingen meteen met de Herioden overleggen hoe ze Hem uit de weg zouden ruimen. Voor hen was Jezus de pharmakos. Verdrijven. In mensen die een rivaal hebben wordt de blinde haat vaak nog heviger als de ander goedheid en barmhartigheid en recht en liefde vertoont.

Waaraan genezen we? Aan het feit dat onze rivalen eindelijk een keer een kopje kleiner worden gemaakt, of aan de totale geweldloze vergeving die we elkaar schenken, omdat we van Gods geslacht zijn?

Amen.