Tekst van de verkondiging, Kersnacht 2007.

Dorpskerk Barendrecht

ds. Ph. van Wijk

 

Lieve mensen,

 

Gelooft u in vrede op aarde?

Dat is misschien wel een veel te grote vraag. Ook al gaat het daarover in het kerstverhaal, en hebben we dat als vanzelfsprekend aangehoord - want wat zou een kerstnachtdienst zijn zonder het verhaal van de herders in de nacht die ‘Vrede op aarde’ horen zingen? Maar de wereld is te ingewikkeld om zulke grote woorden in de mond te nemen. Vrede op aarde. Dat zal er nooit komen. Dat fluistert ons sceptisch gevoel ons voortdurend in.

 

Maar goed, laat ik u even een keer niet tegenspreken. Want het is wel een heel grote zaak: vrede op aarde. Kleiner dan maar. In onze eigen omgeving. In ons eigen leefwereldje. Zit dat goed? Is dat uitgebalanceerd, in harmonie, gelukkig?

Laat ik u mijn ervaring als pastor geven.

Talloze mensen heb ik in mijn ambtelijk werk gesproken voor wie het leven verre van goed is. Natuurlijk weet ik ook wel dat het leven op en neer gaat. Dat er perioden zijn die niet zo leuk zijn. Heel diepgaande zorgen soms. Maar ook perioden dat het leven zonnig is en mooi.

Maar in alle eerlijkheid: als je geluk en moeite in deze wereld op de weegschaal zou kunnen leggen, dan heb ik een ernstig vermoeden welke kant het winnen zal.

 

Kerstfeest vier je om even van dat gevoel af te zijn. Wat is het heerlijk om je te laten strelen door de warmte van muziek en sfeer en licht. Prettig om in de kerstnacht bij kaarslicht bijeen te zijn. Wat is het leuk om een paar dagen overdadig te mogen eten en drinken. Even die loerende somberheid op afstand te houden. Even weg uit alle gejacht en weg van een stukje innerlijke onrust en innerlijke onvrede.

 

Wat zou het fantastisch zijn, als de wereld wel gelukkig zou worden. Wat zou het fantastisch zijn als mijn leven wel tot volle harmonie zou kunnen komen. Wat zou het fantastisch zijn als de verhoudingen waarin ik leef wel eerlijk zuiver en recht en echt totaal plezierig zouden zijn. Als de dingen allemaal goed zouden komen. Als er echt hemel zou zijn.

Maar ook daar wroet dat gevoel van scepticisme: je kunt het wel hopen en willen, maar het leven is zo anders.

 

 

Maar nu juist dit Lucas-verhaal brengt het ons zo prachtig dichtbij. Wijst ons de weg naar de hemel, die we zo verlangend zoeken.

Want Lucas prikt dwars door dat scepticisme heen.

Lucas zegt: let toch eens op de binnenste laag van het bestaan. Niet op de buitenste.

De buitenste laag: dat is Augustus. Dat is de wereld van de beheersing. Alles in de vingers. Augustus: dat is het toppunt van het Romeinse Rijk. Eén van de machtigste en meest invloedrijke rijken in de geschiedenis van de wereld.

Augustus is de verpersoonlijking van wat in de wereld mogelijk is.

Augustus, zegt Lucas ons, dat is degene die tot het uiterste vecht om in de hele wereld aan de touwtjes te kunnen trekken. Het hele wereldrijk moet in kaart worden gebracht. Want wie het zo beheerst, weet waar hij aan toe is.

Augustus vandaag: dat is de wereld van wetenschap en techniek. Dat is die wereld die we allemaal aanbidden: welvaart en genot. Het is de wereld die alles wil beheersen om het leven nog verder te vervolmaken. Ongeluk, ziekte onveiligheid, alle onheil: uit alle macht zullen we proberen er van af te komen.

Maar hoe meer we beheersen, hoe onherbergzamer de wereld dreigt te worden. De ondergrond dreigender. Duurzaam geluk alleen maar verder weg geschoven. Alle woorden van duurzaamheid ten spijt.

 

 

Gelukkig, lieve mensen: God, de Eeuwige zelf tart deze visie op de wereld, die we allemaal ergens delen. En in alle grootheidswaanzin van de man die zich de Verhevene liet noemen borduurt Hij zelf de onderlaag, die de echte laag zal blijken te zijn.

Hij die denkt het schaakspel van de wereldgeschiedenis te spelen, Augustus, de Verhevene, wordt door de Grootmeester zelf als een pion verplaatst om de Koning in positie te brengen.

 

Wat een prachtige ontdekking door Lucas gedaan en beschreven. Dat de meest onbetekenende onderlaag van de samenleving, een meisje van vijftien, zestien uit de laagste sociale kaste, zwanger op duistere wijze, samen met een man zonder aanzien, ongelukkigerwijze op pad moeten omdat de keizer zonodig de zaken beheersen wil: dat dat precies de echte laag is die de hemel naar de aarde zal open doen: ja dat is een omkering van zaken die zijn weerga niet kent.

 

En meer hoeven we van de kerstnacht niet mee te nemen naar huis, wat mij betreft.

Dat je in alle raadselachtigheid en dwaasheid van het leven zelf zo dwaas durft te zijn om te zien dat de buitenkant niet is wat het is. Dat alles wat tegen lijkt en groter lijkt dan jij, met een eenvoudige glimlach van God schaakmat gezet wordt.

 

Wij zijn vaak vertwijfeld omdat we eigenlijk ook in de schaakpartij van hoger en beter en meer mee willen schaken en aan de winnende hand willen zijn. De wereld van streven en rivaliteit, de wereld van begeren en verlangen is vaak de wereld die onze spelregels bepaalt.

Een klein keizertje in ons eigen rijk, dat we graag beschreven willen hebben. Gereguleerd naar de maatstaf van alle soorten geluk die ons worden aangedragen door duizenden modellen die ons doen verlangen naar nog meer.

 

Maar precies daar waar wij de touwtjes niet in handen blijken te hebben, opent zich het perspectief van echt geluk. Omdat we gewaar worden dat de Eeuwige aan het werk is om het Rijk van vrede te openen. De hemel te brengen, waar onze misère het tegenovergestelde vreest.

 

De wereld is niet wat hij lijkt. Bedankt, Lucas voor de manier waarop je dat weet op te schrijven.

 

Vrede op aarde kan er slechts op twee manieren zijn.

Op de manier van de Romeinse keizer.

Dat is de verzoening en vrede die alleen maar met geweld kan worden gevestigd. Het is de weg van strijd en rivaliteit. Vrede met peacekeeping forces. Jawel: dat levert soms een lange periode van rust en vrede op. Maar de ondergrond is geweld. Augustus, die zijn rivalen uit de weg moet ruimen om aan de macht te komen. Zijn legers nodig heeft om de vrede te bewaren.

Vrede op aarde: er is ook een andere manier.

Die breekt van Godswege in in onze aardse manieren.

Een meisje. Een baby’tje. Een dierenverblijf. Tekenen van onmacht. Het zijn de tekenen van de liefde. Waar mensen zich verzoenen, niet gewelddadig, militair of sociaal gedwongen. Maar uit liefde. Dat is een ander Rijk. Het Rijk van de hemel. Dat vind je niet in Rome, maar in de stad van David. Daarvan zijn de herauten engelen uit de hemel.

 

In het grote verband van de wereld, en in het kleine verband van onze persoonlijke geschiedenis lijkt die buitenste laag de belangrijkste.

Maar in Gods naam leren we steeds opnieuw zien dat er een heilzame binnenkant is. Dat de wereld van liefde zich baan breekt – de feiten van het journaal ten spijt. Want de Eeuwige zelf heeft zijn voeten op aarde gezet.

 

Eer aan God in de hoogste hemelen. En vrede op aarde in mensen waarin God een behagen heeft.

Amen.